Carnage
Wanneer twee jongens van elf jaar ruzie met elkaar krijgen en de een de ander met een stok de tanden eruit slaat, besluiten de ouders Penelope (Jodie Foster) en Michael (John C. Reilly) van het slachtoffertje de ouders Nancy (Kate Winslet) en Alan (Christoph Waltz) van de 'dader' uit te nodigen. Om op een beschaafde manier de situatie te bespreken.
Wat begint als een ogenschijnlijk beleefd gesprek ontaardt binnen de kortste keren in een kinderlijke chaos. Vanaf het begin moet Penelope, een socialiste die een boek over Darfur schrijft, weinig hebben van de onbeleefde Alan, een jurist die om de haverklap aan het telefoneren is. Michael, verkoper van huishoudelijke artikelen, probeert juist de goede orde te handhaven. Maar het is uiteindelijk Nancy, een beleggingsadviseur, die met een kotspartij de boel op z'n kop zet.
Gevangen tussen vier muren komen de opgekropte emoties en irritaties naar boven en vliegen de beledigingen en sarcastische opmerkingen in het rond. Christoph Waltz is geweldig als de Amerikaan Alan. Zijn nonchalante, ongeïnteresseerde houding. Zijn telefoongesprekken, die telkens uitmonden in een anticlimax en zijn droge sarcastische opmerkingen zijn aanleiding tot gepaste en ongepaste lachmomenten. Prettig voor de kijker, omdat de langzaam opgebouwde spanning te snijden is. Maar ook de overige drie acteurs zetten voortreffelijke rollen neer.
De film is gebaseerd op het toneelstuk ‘God of Carnage’ van Yasmina Reza die samen met Polanski ook het scenario schreef. In slechts 79 minuten vertelt ‘Carnage’ het verhaal van vier mensen die een psychologisch bloedbad aanrichten. Polanski laat ons opnieuw genieten van een topfilm.