Le Havre

Wij kennen regisseur Kaurismäki van films in een grijs en uitermate treurig stemmend Finland (zo treurig dat het pijnlijk leuk wordt). Met dezelfde karakteristieken heeft hij nu een Franse film gemaakt, waar hij op het filmfestival van Cannes de prijs van de filmkritiek voor kreeg.

'Le Havre' buigt zich droogkomisch en zachtmoedig over de migrantenproblematiek. Hoofdpersoon Marcel Marx (is dat een verwijzing naar Karl Marx of de Marx Brothers?) is schoenpoetser op het station, zijn vrouw wordt in het ziekenhuis behandeld, zijn zaken gaan niet geweldig. Hij ontfermt zich echter onvoorwaardelijk over de jonge, opgejaagde bootvluchteling.

Idrissa is aan de aandacht van de politie ontsnapt. Bewakers hoorden in de haven babygehuil en treffen in een van de containers een groep haveloze Angolezen aan. De jongen Idrissa krijgt hulp van de schoenpoetser, maar ook van de andere middenstanders in diens omgeving. De hartelijkheid van deze mensen geeft een bijzondere glans aan dit opmerkelijke sprookje. De bakker schuift baguettes toe, de groenteboer verbergt hem onder zijn groeten, de caféhoudster organiseert een benefietavond.

De verhuizing van Kaurismäki van Finland naar Frankrijk versterkt diens persoonlijke stijl. De dialogen zijn spaarzaam, maar treffend. De acteerstijl is droogkomisch, de decors ogen lichtelijk surrealistisch. En ondertussen wordt Idrissa op de hielen gezeten door een politie-inspecteur.

Dat levert een opmerkelijk en tegelijk opbeurend sprookjesachtig verhaal op. Weliswaar in zijn absurditeit onrealistisch, maar tegelijkertijd hartverwarmend. Een verhaal over optimisme tegen beter weten in. Het toont weliswaar de ellende van het bestaan, maar warmte en medemenselijkheid zijn altijd dichtbij. En dat wordt mooi aangevuld met het geluid van oude tango's, krakende blues en symfonische muziek.

Verwacht